Meerval
DE SAONE IN FRANKRIJK
KENNISMAKING MET DE SAONE
Na jarenlang in Frankrijk op karper te hebben gevist,besloot ik samen met een paar vismaten de eerste week van mei op meerval te gaan vissen in de Saone.Door middel van de MSG kwamen we aan enkele waardevolle tips,waaronder een aardige stek op een eilandengroep midden in de rivier.Voor deze gelegenheid werden de nodige zaken aangeschaft alles aanmerkelijk zwaarder dan we gewend waren te gebruiken voor het karpervissen.Als je kleine karperhaken gewend bent,zijn de grote dreggen toch wel even slikken!Een weeg-brancard hebben we zelf ontwikkeld.Als boeien namen we 5liter jerrycans mee.
Na alle voorbereidingen was het eindelijk zover.Na een autorit van nog geen 8 uur stonden we aan de oevers van de Saone.De waterstand was hoog en de stroming sterk.Er waren nergens rietkragen of wierbedden te bekennen.Alleen uit het water stekende bomen verraadden de plaats waar de eilanden zouden moeten zijn Na de boot met de spullen te water hebben gelaten ,vaarden we naar de bomen,waar we welgeteld een klein stukje droge grond wisten te vinden.Hier moest het dan maar gebeuren.Het plaatsen van de boeien werd door de sterke stroming en de sterke noordenwind zeer bemoeilijkt.Snel werden de hengels opgetuigd en de aasvissen uitgevaren.Even wat gegeten en toen maar gaan slapen.De volgende ochtend,bij het ontwaken bleek de breeklijn van mijn rechterhengel gebroken.De getakelde zeelt was zwaar beschadigd en morsdood we gaven de zeer sterke stroming de schuld hiervan.N a dit dezelfde dag nog twee keer te hebben meegemaakt besloot ik zwaardere breeklijnen te gebruiken (20 ponds ipv 12 pond)
Toen de breeklijn daarna weer brak,bleek “eindelijk”een meerval hiervoor verantwoordelijk.Na een korte maar zeer spectaculaire dril tussen de in het water staande bomen kon de meerval worden geland.Het was mijn eerste meerval hij was 147cm bij 20kilo onze vreugde was groot.De volgende morgen stond een van de hengels van mijn maat hevig te schudden.De breeklijn brak maar de aanvallende meerval had zich toch niet gehaakt.Daarna was ik weer aan de beurt mijn hengel stond te schudden de boei danste op en neer maar helaas haakte deze vis zich ook niet.De aasvis was wel behoorlijk gehavend.Toen dit ritueel zich in de avond dreigde te herhalen beslot ik niet te wachten maar direct aan te slaan.Dit resulteerde zich in een overigens zeer slecht gehaakte meerval van 102cm bij 18pond.De volgende dag kreeg een van mijn maten weer een aanbeet mar deze viste schoot tijdens de dril los.
Tijdens de laatste avond besloten mijn twee maten te gaan driften wat al snel een aanbeet opleverde maar ook deze vis wist zich van de haak te lossen.Ik kreeg opnieuw een aanbeet op een boei maar na even zeer hevige weerstand gevoeld te hebben schot ook deze vis los.Toen ook nog eens de takel vast kwam te zitten in het ankertouw besloot ik het voorgezien te houden en de laatset nacht op de camping te slapen de volgende ochtend aanvaardden we enigszins gedesillusioneerd de terugreis.
HERKANSING
Na ons afgevraagd te hebben wat er verkeerd was gegaan ,besloten we 4 weken later weer naar de Saone te gaan.De rivier had een complete metamorfose ondergaan.van de brede kolkende rivier was niets meer over het waterpijl was zeker anderhalve meter gezakt en overal waren rietkragen,wierbedden,lelievelden en kleine eilandjes zichtbaar.We probeerden de zelfde stek als de vorige keer alleen benaderd vanaf een ander eilandje.De eerste avond verliep rustig.Na alle aasvissen te hebben uitgevaren gingen we na het genot van een overheerlijke struikmaaltijd lekker op de stretcher in de slaapzak liggen.In de ochtend schemering kreeg ik een aanbeet.Het was een vis die zich zonder te verzetten binnen liet slepen .Hij was 142cm lang bij 19 kilo.De volgende morgen kreeg mijn maat een aanbeet opnieuw en vis die zich zelf niet haakte .
de daaropvolgende dagen kregen we een antwoord op de vraag waarom we zoveel vissen misten .Toen we de takels aanpasten en kleinere aasvissen gingen gebruiken wisten we vlot enkele kleine meervalletjes te vangen tussen de 1meter en de 1,2meter de vissen leverden flauwe aanbeten en braken amper de breeklijnen.Vermoedelijk hadden deze baby’s voor onze problemen gezorgd.
Op een bloedhete dag namen we veel(scholen van 100)karpers waar.Mijn maten konden geruime tijd ook een flinke meerval volgen die achteloos tussen de eilanden door op de ondieptes zwom.Ook zagen wij een vis van rond de twee meter over een muur heen worstelen waar 20 cm water opstond.Deze muren bevinden zich op veel plaatsen in de Saone om sommige oever gedeeltes te beschermen pas op als je daar bij in de buurt vaart met hoog water merk je ze niet op.
De volgende nacht werden we wakker van een zeer spectaculaire aanbeet.Boven de gillende beetverklikker uit klok het geplons van een wegvluchtendemeervaldie op een plaat van 40 cm water de aasvis had gegrepen.Na een heftige dril ving ik toen mijn eerste meerval van formaat 174cm bij 36 kilo.We besloten toen niet zoals de bedoeling was naar huis te keren maar om nog een nachtje mee te pikken.Het vertrouwen was stevig toe genomen .
Overdag was het weer bloedheet geworden waardoor het gegroeide vertrouwen weer snel wegtrok.In de nacht werd ik wakker van een keiharde plensbui op mijn pluutje.Hoorde ik daar een beetverklikker???? Mijn linkerhengel was iets terug geveerd,maar de lijn liep nog keurig naar mijn boei alhoewel hij niet meer zo strak leek te staan.Wat zou ik doen ik besloot polshoogte te gaan nemen ik stapte in de boot en trok aan de hengel om mij naar de boei te laten drijven.Ineens een enorme bonk op de hengel.Toch een aanbeet!!!De vis realiseerde zich nu pas dat het foute boel was.Ik draaide de slip vaster en zette me schrap en voor ik er erg in had was ik dik 100 meter stroomopwaarts getrokken.Het koste me vervolgens heel veel moeite boven de vis te geraken.We bleven maar rondjes gaan.Na een problematische landing (de vis was in de lijn gewikkeld en lag steeds met zijn staart naar me toe)Lukte het mij om de gigantische vis in de boot te trekken.Terug op de stek maakte ik snel mijn maten wakker die hadden niks van gemerkt van mijn gevecht in de regen.Vol verbazing en onder de indruk aanschouwde ze de vis we stringerde hem snel om in de morgen te wegen en te poseren.Bij het wegen bleek de vis 210cm lang te zijn en 58 kilo te wegen.Voldaan maar moe aanvaarde ik toen de terugreis.
MEERVALVISSEN IN SPANJE
Na vorig jaar verschillende malen aan de Saone gevist te hebben besloten we dit jaar ons geluk te gaan beproeven aan de Spaanse Ebro. Aangezien de reistijd naar het Spaanse water vele malen langer is dan naar Frankrijk besloten we om 2 weken te gaan. Na bij andere MSG* leden enige informatie ingewonnen te hebben kwamen we tot de conclusie dat we de meeste kans zouden hebben in de samenloop van de rivieren de Segre en de Cinca voordat deze uitmonden in het zeer druk beviste stuwmeer Riba Roja. Als aas namen we 50 palingen en 40 zeelten mee en ter plaatse zouden we dan proberen om karpertjes te vangen.
Na een voorspoedige reis van 22 uur kwamen we in Granja de Escarpe aan. We zijn direct naar de stek tegenover het vogeleiland gereden, en daar aangekomen bleek net voor ons een Engelsman geariveerd te zijn die plaats nam achter de boomgaard. Wij besloten aan de linkerkant op het hoge gedeelte plaats te nemen. Nadat we onze spullen opgezet hadden ging ik de vergunningen kopen, wij hadden vernomen dat een vergunning uit het plaatselijke cafe voldoende zou zijn.
Na de hengels in gereedheid gebracht te hebben lagen we 2 boeien het wijd op en 4 lijnen aan het riet bevestigd. De eerste nacht kregen we direct allemaal 1 beet. De eerste 2 beten kwamen op hetzelfde moment wat resulteerde in 1 gevangen van 24 pond en 1 mooiere verspeeld en nog een gevangen vis van 27 pond. Ook overdag kregen we enige aanbeten maar de meeste werden gemist en enkele kleine exemplaren werden gevangen. Op de derde dag keerde het tij en ’s morgens vroeg wist ik een exemplaar te vangen van 197cm bij 102 pond. ‘In de middag kreeg mijn maat die het wijd op viste 2 aanbeten en ving 2 vissen van 222cm bij 110 pond, en 216 bij 120 pond. Toen brak er een periode aan waarin we voornamelijk vissen vingen van rond 175cm van 60 tot 80 pond
Na een week vissen kregen we op een morgen bezoek van een Nederlander en een Spaanse maat van hem. Tijdens ons gesprek kegen we controle van Spaanse ambtenaren, toen bleek dat onze vergunning wel goed was maar er moest nog een kaart van de provincie bijkomen. De Spanjaard die op bezoek was regelde dat we mochten blijven zitten maar wel een kaart moesten kopen. Het maakte niet uit of we er een van de provincie Aragon of Catalonie zouden kopen. De volgende dag zijn we een volledige dag onderweg geweest om deze te verkrijgen we werden in de plaats Fraga van het ene naar het andere gestuurd. Na enkele uren zoeken en 5 adressen bezocht te hebben waren we in het bezit van onze benodigde papieren.
Toen we weer lekker door konden vissen, bleken de meervallen goed los te zijn. Onze aasvissen raakten langzaam op. Gelukkig konden we aardig de karpers aan de schubben komen. Onze breeklijnen besloten we te vervangen, de 12 ponds dacron werd veelvuldig door kleine meervalletjes gebroken die de paling in de bek nemen zonder zichzelf te haken. We gingen gebruik maken van 40/100 nylon, deze werd niet zomaar gebroken en de meervalletjes lieten dan weer los en de paling overleeft het wel. Wel overkwam het mij tijdens de aasvis inspectie dat er meervalletje van circa 60cm aanhing. Toch wel een beetje een rare gewaarwording als je een paling verwacht. De meervallen die aan de karpers gevangen werden waren stuk voor stuk grote exemplaren .
Toen we een keer terug kwamen met boot van een meerval dril lag mijn maat op zijn rug op de kant met een wel zeer kromme hengel met een meerval er aan die gewoon door de zwaar afgestelde slip van de met 50/100 dyneema gevulde reel liep. Hij overhandigde de hengel aan ons in de boot ik startte de motor en we zette de achtervolging in toen we bij de vis aangekomen waren en de lijn uit het bevrijd hadden lieten we ons op sleeptouw nemen tot we bij een mooi obstakel vrij gedeelte waren. Daar anker overboord en de vis afgedrild. Deze bleek 216cm bij 136 pond later in de week wist ik nog 3 honderd plussers te vangen 210cm bij 107pond, 216 bij 130 pond en 220cm bij 110 pond. Ook mijn maten wisten nog de nodige grote vissen te vangen, diverse vissen in de 90 pond en ook nog een 100+ vis.
De laatste dagen na zeer hevige regenval en een zeer hard stromende, bijna oranje gekleurde rivier, bleek het niet meer mogelijk om nog een karper te vangen. De laatste aanbeet die ik kreeg was van een vis die tijdens het breken van de breeklijn geheel uit het water kwam en tijdens de dril niet te stoppen was. Na een moeizame dril bleek, toen de vis eindelijk onder de boot kwam, waarom: hij was in zijn middel gehaakt ik had dus de vis van zeker 2 meter lang dwars tegen de stroming in moeten trekken. We kregen de kop niet boven, daarom besloot ik de onderlijn vast te pakken toen ik de vis aan de onderlijn naar mij toetrok begon deze hevig te spartelen watdoor de haken uit de meerval los scheurde en een 3/0 gamakatsu in mijn hand boorde. Die er door mijn vismaat Peter op chirurgische wijze met een stanley mes en een waterpomp uitgehaald is.
Doordat we door de aasvissen heen waren werden we gedwongen de terugreis te aanvaarden. De laatste avond besloot ik nog even een uurtje met kunstaas te proberen wat mij 3 beten en een meerval opleverde. Het betrof een bijna wit exemplaar van 150 cm bij 63 pond. Ook mijn maat Corstiaan wilde even mijn hengel gebruiken en kwam na 20 minuten terug met een meerval van 85 pond in de boot. Deze had reeds bij de tweede worp de lepel gegrepen. Daarna besloten we de boot uit het water te halen en deze schoon te maken. De boot zag er niet uit na 2 weken meerval vissen met als resultaat 50 meervallen met een gemiddeld gewicht van 65 pond. Nog een nachtje slapen en morgen weer naar huis reizen.
TECHNIEK HET BOEIENSYSTEEM
Klik hier om het Boeiensysteem te vergroten.
De boei is een grote drijver waar de breeklijn aan bevestigd wordt. Als boei worden verschillende voorwerpen gebruikt, denk hierbij aan 5 l. jerrycans, bootboeien of piepschuimballen. Het is makkelijk om de boei een felle kleur te geven, zodat deze makkelijk te vinden is als men in de boot is. Aan de onderkant van de boei wordt een stevig touw van enkele meters bevestigd wat weer om een steen wordt gewikkeld. Hierdoor blijft de boei op de hotspot liggen die met de dieptemeter is gevonden. Zorg ervoor dat het touw vrijwel verticaal staat ten opzichte van de steen, en niet schuin met de stroom mee stroomt. Boven op de boei wordt een grote wartel gemonteerd, waaraan de breeklijn wordt bevestigd. In de tekening hieronder is het boeisysteem schematisch weergegeven:
Tekening 1: Boeiensysteem
Bij het (zelfmaken) van een boei moet op de volgende zaken gelet worden:
Een boei is niet snel te klein, een afmeting van een voetbal of groter is goed.
Zorg ervoor dat de lijn/touw de boei niet kapot kunnen snijden als er piepschuim gebruikt wordt.
Maak alles heel stevig vast ivm. stroming & meervalbeten.
Gebruik grote wartels om de breeklijn snel & makkelijk vast te kunnen maken
De breeklijn wordt dus met een lus aan de wartel vastgemaakt. Afhankelijk van de stroming, de windkracht en de afstand wordt de breeklijn gekozen. Hierbij moet gedacht worden aan een dikte tussen ? 0,30 en ? 0,40. Als er tijdens het vissen veel beten worden gemist, is (te) kleine meerval mogelijk de oorzaak. Deze vallen de aasvis wel aan, breken de breeklijn maar haken vaak niet. Door de breeklijn te vervangen door een dikkere, wordt dit probleem voorkomen. De breeklijn wordt aan de hoofdlijn bevestigd door een wartel die los boven de dobber schuift.De dobber wordt veel gebruikt maar is niet noodzakelijk.Bij zware aasvissen is het wel makkelijk de lijn uit hetv water te krijgen maar bij kleiner aasvissen zoals paling kan hij beter achterwege worden gelaten.
Als dobber kan gekozen worden tussen een schuivende of een vaste. Het draaggewicht moet minimaal 50 g. zijn. Als er gevist wordt met grote aasvissen en/of harde stroming mag het draaggewicht gerust 100 g. of meer zijn. Het is makkelijk en goedkoper om eem piepschuim balletje te gebruiken die je bij een handwerkwinkel voor een paar kwartjes kan kopen.
Als hoofdlijn wordt een gevlochtenlijn aangeraden zeker wanneer er op grote afstand wordt gevist. Deze lijnen hebben weinig last van rek, waardoor het “zelfhaak-systeem” nog meer effectief is. Ook slijten deze lijnen minder. De lijn, bijvoorbeeld Dyneema moet een dikte hebben tussen de ?0,40 & ?0,60. Het is erg makkelijk als de gevlochtenlijn een wat fellere kleur heeft. Wanneer men met de boot op het water vaart is het moeilijk om alle lijnen te zien als deze een onopvallende kleur hebben. Felle kleuren (bv. wit of geel) worden makkelijk gezien, waardoor het veiliger is om over het water te varen, tussen de boeien.Een donkere lijn is lastig en soms zelfs gevaarlijk omdat je deze haast niet waar kan nemen.
De onderlijnen moeten een lengte hebben van ongeveer 0,75 cm. Hierdoor is de kans op lijnbreuk kleiner. De onderlijnen kunnen heel wat hebben, en tijdens de dril is het goed mogelijk dat de meerval langs een tak zwemt. De dikte van de onderlijn is 1,0 mm – 130 lbs, en is gemaakt van dacron. Dit materiaal is ondanks de dikte heel goed te knopen.
Afhankelijk van de aasvis wordt de haakkeus gemaakt. Wordt er gevist met karpertjes, dan wordt een takel aanbevolen zoals we die bekend is van het snoekvissen. Een enkele haak gaat in de lip, en afhankelijk van de grote van de karper een of twee dreggen onder in de vinnen. Als er met paling wordt gevist, is een enkele haak meer dan genoeg. De meerval zuigt de paling in een keer naar binnen en het “zelfhaaksysteem” doet het werk. De beste haak maat voor paling is 8/0 a 10/0. De haak moet op ongeveer 10 cm vanaf de staart gemeten in de paling worden geprikt. Het makkelijkste is het om de paling met handdoek vast te houden en de haak in een beweging in de staart te prikken. Het is altijd handig om een slijpsteentje bij te hebben De haken moeten vlijm scherp zijn, zeker als er met paling gevist wordt.
De hengel moet een minimale lengte hebben van 2,75 meter en maximaal 3 meter . Deze lengte is nodig om de lijn zoveel mogelijk uit het water te houden vanaf de boei naar de hengel.
Het is zowel mogelijk om met een molen als een reel te vissen.Molen spoelt sneller op maar met de reel zet je meer kracht gaat langer mee en de lijn kinkt niet.
Het is erg belangrijk om het water waar gevist gaat worden eerst per boot & dieptemeter te verkennen. Er dient gezocht te worden naar plekken waar de meerval zich graag ophoudt.
– Overdag zijn dit de diepe gedeeltes van de rivier.In de nacht vooral de ondieper platen en plateaus.Ook rietkragen en overhangende bomen.
Zoek mbv. de dieptemeter naar diepe putten in de bodem. Ook de vaargeul, daar waar het ondiepe gedeelte overgaat in het diepe gedeelte kunnen betiteld worden als zogenaamde hotspots. Leg de boeien indien mogelijk precies op deze plekken. Uit ervaring is gebleken dat er meestal niet diep gevist hoeft te worden, ondanks die eventuele diepte. Vari?rend tussen de een en twee meter diepte zijn voldoende. Als er gevist wordt met meerdere hengels dan is het makkelijk om op diverse dieptes te vissen. Als er op een bepaalde diepte meerde aanbeten volgen dan kunnen de andere boeien ook op die diepte worden afgesteld. Uit ervaring is gebleken dat het erg rendabel is om diverse gegevens bij te houden na iedere beet, zoals:
diepte
afstand
aasvis (lengte & soort)
tijd
weer
windrichting
type stek (brug, riet, takken)
Vaak volgen meerdere aanbeten achter elkaar. Dit zegt iets over het aasgedrag van de meerval. Waarom de dit precies gebeurd is niet bekend, maar door de hierboven genoemde gegevens bij te houden kan het aasgedrag van de meerval beter begrepen worden, en de kans op vangsten verhoogd worden.
Tegen de schemering komt de meerval naar de oever om te jagen. Het is nu het beste om de boeien dicht bij obstakels te plaatsen, daar waar de prooivissen zich ophouden. Denk hierbij aan rietkragen en ondergelopen wijngaarden. Het is ook mogelijk om de breeklijn vast te maken aan een uitstekende tak die hoog uit het water steekt. Op die manier kan de aasvis aan de oppervlakte aangeboden worden. Het voordeel hiervan is dat de aasvis erg veel trillingen veroorzaakt door het spartelen aan de oppervlakte. Hierdoor wordt de jagende meerval natuurlijk van grote afstand aangetrokken. Een bijkomend voordeel is de prachtige aanbeet van de meerval die aasvis zeer duidelijk van de oppervlakte pakt! Men kan de meerval lokaliseren door goed te luisteren naar het geluid van springende prooivissen, gevolgd door een harde klap op het water (deze klap maakt de meerval met de staart). Vaak jagen de meervallen op dezelfde plekken, dus plaats de boeien daar.
Tips:
– Leg de boeien nooit te dicht bij elkaar, dit in verband met de dril. Plaats de boeien met afstanden van elkaar van ruim 25 meter of meer.
Avontuur aan de Italiaanse PO
Hier moet nog het verhaal komen over de gigant die ik in de PO gevangen heb.